Blaaskanker

Blaaskanker komt heel vaak voor. In Nederland wordt de ziekte jaarlijks bij ca. 5000 mensen vastgesteld. Het is de vierde meest voorkomende tumor bij mannen en de zevende bij vrouwen. Meestal wordt blaaskanker op oudere leeftijd en vaak na het 60e levensjaar vastgesteld. 

De blaas is bekleed met een slijmvlieslaag die urotheel wordt genoemd. De meeste tumoren in de blaas ontstaan uit deze slijmvlieslaag en worden daarom ook urotheelcarcinoom genoemd.

Blaaskanker Centrum Rotterdam

Het IJsselland Ziekenhuis maakt deel uit van het Blaaskanker Centrum Rotterdam. Het Blaaskanker Centrum Rotterdam is een samenwerkingsverband van Rotterdamse ziekenhuizen en ziekenhuizen uit de regio voor patiënten met een agressieve vorm van blaaskanker (spierinvasief blaascarcinoom).

Ook het IJsselland Ziekenhuis is onderdeel van deze unieke regionale samenwerking. Alle kennis en specialismen die nodig zijn voor de best passende en optimale zorg zijn in het Blaaskankercentrum bijeengebracht. Bekijk de animatie voor meer informatie over deze unieke werkwijze en de deelnemende ziekenhuizen.

Bekijk hieronder het filmpje:
'Hoe werkt het Blaaskanker Centrum Rotterdam?'

Behandeling van blaastumoren

De behandeling van blaastumoren wordt bepaald door het stadium waarin de tumor zich bevindt. Blaastumoren zijn daarmee in twee groepen onder te verdelen:

1. Niet-spierinvasieve tumoren
De tumor groeit alleen in de slijmvlieslaag van de blaas en niet in de spierlaag. 70% van de patiënten heeft een niet-spierinvasieve blaaskanker.

2. Spierinvasieve tumoren
De tumor groeit tot in de spierlaag en soms zelfs door tot in andere omliggende organen.

Dit onderscheid is van belang omdat het natuurlijk verloop en de behandeling van spierinvasieve en niet-spierinvasieve tumoren sterk verschillen.

Kijkoperatie

In beide gevallen wordt de behandeling gestart met een kijkoperatie via de plasbuis, waarbij de afwijking in de blaas wordt verwijderd. Deze ingreep wordt een TransUrethrale Resectie genoemd. De patholoog onderzoekt dit weefsel en stelt vast of het om een niet-spierinvasieve tumor of een spierinvasieve tumor gaat.

Bij een niet-spierinvasieve tumor is de TransUrethrale Resectie ook de definitieve behandeling. Deze tumoren zijn niet levensbedreigend, maar neigen regelmatig terug te komen, ondanks behandelingen.

De kans op het terugkomen van de tumoren kan zo klein mogelijk worden gehouden door een aantal zaken: