Borstkanker is de meest voorkomende vorm van kanker bij vrouwen. 1 op 7 à 8 vrouwen krijgt het ooit in haar leven.
Met name vanaf de leeftijd van 35 jaar stijgt het aantal vrouwen dat ermee wordt geconfronteerd. In de meeste gevallen wordt de ziekte vastgesteld tussen 50 tot 70 jaar.
Borstkanker kan ook bij mannen voorkomen.
Het weefsel waaruit ons lichaam is opgebouwd, bestaat uit miljarden cellen. Iedere cel heeft een beperkte levensduur en moet dus steeds vervangen worden. Dit gebeurt door celdeling. De celdeling gaat als volgt: iedere cel heeft een kern, deze kern deelt zich in tweeën en er ontstaan twee cellen met ieder een eigen kern. Deze twee cellen delen zich weer in vier cellen en dat gaat zo door. Op deze manier komen er evenveel nieuwe cellen bij als er oude afsterven.
Wanneer er echter meer cellen bijkomen dan afsterven, ontstaat er wildgroei. De balans wordt verstoord en de cellen die teveel zijn, verdringen de normale cellen. Er is dan sprake van een gezwel of tumor. Een tumor kan goedaardig of kwaadaardig zijn.
Bij een kwaadaardige (maligne) tumor (kanker) dringen de cellen veelal de omringende weefsels binnen en tasten deze ook aan. Bovendien kunnen cellen van een kwaadaardig gezwel zich door het lichaam verspreiden. Op deze manier kunnen op andere plaatsen in het lichaam ook tumoren ontstaan. Dit noemen we uitzaaiingen of metastasen.
Het is nog steeds niet duidelijk waardoor borstkanker veroorzaakt wordt en hoe je het kunt voorkomen.
Er zijn persoonlijke factoren die invloed hebben op de kans dat iemand borstkanker Maar het is niet zo dat iedereen die een bepaalde risicofactor heeft, ook altijd borstkanker krijgt.
Omgekeerd is het ook vaak moeilijk vast te stellen wat de oorzaak is geweest als je wel borstkanker krijgt.
Meestal dragen verschillende risicofactoren samen bij aan het ontstaan van borstkanker, zoals onder andere: